Autisme en Verslaving

Verslaving. Misschien herken je het wel. Je kan verslaafd zijn aan zo’n beetje alles– je telefoon, frituur, lippenbalsem, etc. Mensen met autisme kunnen ook een comorbide verslaving hebben. Zijn we er gevoeliger voor dan anderen? Wat valt er precies onder verslaving? In dit artikel vertel ik je alles over verslaving en wat voor link het heeft met autisme.

Wat is Verslaving?

Een verslaving kun je zien als een ziekte. Het kan zitten in meerdere plekken in je lichaam, dus ook in je hersenen. Bij een verslaving heb je vaak een onverklaarbare en onweerstaanbare craving naar jouw verslavingsmiddel. Je bent van dit middel afhankelijk en je kan eigenlijk niet meer zonder– het is een noodzaak in je leven.

Je spreekt van een verslaving als je lichamelijk of psychisch niet meer zonder dit middel kan. Vaak heb je steeds meer nodig van dat middel om tevreden te zijn over het effect. Ook krijg je last van ontwenningsverschijnselen als je dit middel tijdelijk niet meer gebruikt, of als je probeert te stoppen. Deze verschijnselen kunnen fysiek zijn, zoals trillen, maar ook psychisch, zoals in paniek raken.

Wat zijn de gevolgen van Verslaving?

Een verslaving heeft gevolgen. Je raakt vaak verslaafd vanwege kortdurende, positieve gevolgen. Het feit is wel dat die positieve gevolgen daarna omslaan in negatieve gevolgen. Je kan ontzettend veel last hebben van een verslaving en hieronder zie je een lijst van gevolgen van verslaving.

Positieve gevolgen

  • Je voelt je blijer
  • Je kan beter met prikkels omgaan
  • Sociale interactie kost minder moeite
  • Je voelt je meer ontspannen
  • Je kan je beter uiten in het moment
  • Door drugs kun je je meer gaan eten (meer over eetproblemen hier)

Negatieve gevolgen

  • Schaamte
  • Verlate overgevoeligheidsreactie
  • Vaak lang bijkomen na gebruik
  • Schulden
  • Je raakt geïsoleerd van de buitenwereld
  • Verliezen van jezelf
  • Je raakt eenzaam
  • Je voelt je somber
  • Overprikkeling (meer daarover hier)
  • Vele gezondheidsproblemen
    • Overgewicht
    • Hart- en vaatziekten
    • Astma
    • Kanker
    • Vermoeidheid (meer over vermoeidheid hier)
    • Zwangerschapscomplicaties
    • Intoxicatie
    • Leverfalen
    • Leververvetting
    • Diabetes
    • Etc.

Zoals je ziet zijn de gevolgen van verslaving enorm breed. In dit overzicht zijn dan ook allerlei soorten verslaving meegenomen en niet specifiek één. Dit betekent ook dat niet alle gevolgen voorkomen bij alle soorten verslavingen, maar vaak is er wel degelijk een overlap.

Ten eerste lijkt het erop alsof onze hersenen gemaakt zijn om niet zo snel een gevoel van beloning te krijgen. Dopamine, de neurotransmitter die werkt in het beloningssysteem, is bij ons een beetje disfunctioneel. Het werkt niet helemaal lekker. Deze ‘fout’ wordt ook vaak gevonden bij mensen die last hebben van Substance Use Disorder (SUD), ofwel een verslaving aan bepaalde middelen. Het kan dan ook zo zijn dat mensen met autisme door de disfunctie van dopamine een hoger risico lopen op zo’n type verslaving tot wel twee keer zoveel.

Kenmerken van ASS zijn door sommige studies bestempeld als risico factor voor roken en cannabis gebruik, maar niet per sé alcoholgebruik. (Wat is autisme? Je vindt het hier) Wel hebben mensen met autisme een vergelijkbaar risico om alcohol afhankelijk te worden als mensen met angsten en depressie.

Verder is het zo dat ongeveer 62 procent van de jongens (en meisjes) met autisme dagelijks hun vrije tijd besteden aan gamen en tv-kijken. Als je autisme hebt, is de kans op problematisch gebruik hoger dan normaal.

Autisten zijn bekend om hun hardnekkige routines en vaak worden verslavingsstoornissen beschreven als een hardnekkig patroon of routine. Het is dan ook niet bijzonder dat mensen met autisme makkelijker in de val zullen trappen bij verschillende typen van verslaving.

Vaak kan het ook zelfmedicatie zijn tegen de mentale en soms fysieke pijn die bij autisme hoort. Alcohol is natuurlijk een soort ‘babbelwater’ waardoor sociale situaties een stuk makkelijker worden.

Wat is de Behandeling van Verslaving bij Autisme?

De meest gebruikte behandelingen bij SUD zijn Cognitieve Gedragstherapie, motivationele interviewen en korte interventies. Het doel hierbij is vooral het inzien van hun eigen gedrag en hoe je dit kan veranderen richting afkicken en soberheid.

Vaak werken de gebruikelijke behandelingen van verslaving niet bij autisme. De enige overlappende therapie is CGT. Het punt is wel dat deze therapie aangepast moet worden aan mensen met autisme en hun karaktertrekjes. Dit betekent dat professionals moeten leren over ASS.

Nieuwere manieren zijn CRT, cognitieve remediatie therapie, en het ingaan op de routines. CRT wordt gebruikt om executieve disfunctie tegen te gaan. Dit leek te helpen als dit werd gedaan vóórdat de mensen in een normaal behandelingsprogramma werden gezet tegen verslaving. Ook leek het monitoren van routinematig gebruik van bijvoorbeeld alcohol ook te werken om langzaamaan de hoeveelheid te verminderen.

Conclusie

Zoals eerder gezegd is verslaving geen pretje. Wij als mensen met autisme zijn er dan ook nog eens extra gevoelig voor. We moeten vaak oppassen met wat we tot ons nemen. We moeten koste wat kost onze cravings en emoties onder controle houden om niet in dat gat te vallen.

Het lichtpuntje hierin is dat er wel een behandeling is. Mensen worden beter van verslavingen. Als zij het kunnen dan kan jij het ook! De link met autisme is duidelijk en het zal voor ons dus ook moeilijker zijn om er van af te komen, maar niet onmogelijk.

Bronnen

Mobiele versie afsluiten